Met een glaasje op z’n tijd

Sommige dingen heb je niet voor het zeggen. Beginnen met leven bijvoorbeeld niet. Er wordt je dan ook niet gevraagd of je dat wel wilt. Maar aan het eind worden er geschreven en ongeschreven regels her-ingevoerd. Wel of geen wijntje bijvoorbeeld.
Alsof er een juridische regelgeving bestaat inzake wat een bejaarde wel of niet mag. Met af en toe een gezellig glaasje alcohol ga je misschien wat eerder dood. Nou, so what? Wat maakt dat uit zo kort voor het eind? Een paar maanden op meer dan vijfentachtig jaar? Mogen we dat dan asjeblieft zelf uitmaken? Thuis deden we dat toch ook? En het zorghuis is toch het verlengde van thuis? Althans, dat zou het moeten zijn. Nou dan!
Meneer Stelwagen dient ervoor te zorgen dat je het naar je zin hebt in zo'n zorghuis. Nou ja, zoveel mogelijk dan. En binnen z'n budget. Hij moet er ook wel voor waken dat het geen zooitje wordt. En er niemand van buitenaf vuurwerk in de brievenbus stopt. Maar daar houdt het dan ook mee op. Over gezelligheid en dood heeft-ie niks te zeggen. Zeker niet als je het zelf betaalt. Vind ik.
Kijk en dàt bedoel ik nou. De politiek maakt kennelijk uit of ik in mijn vervangende huiskamer wel of niet een glaasje mag. Bij monde van iemand die meer gezag denkt te hebben dan over de organisatie en het personeel. Ik ben weer kleuter geworden. En nog zielig ook. "Afblijven jij! Handjes op je rug!!"
Van armenhuis tot zorginstelling. In nog geen tachtig jaar. Dáár hebben we het over. En niemand die van binnenuit publiekelijk écht voor ons opkomt. Onafhankelijk, niet gesubsidieerd en dus ook ongecensureerd. Vrijheid van meningsuiting en met recht op demonstratie. Zoals hele volksstammen op het Malieveld. En zelfs Extinction Rebellion op snelweg A4. Behalve Hendrik Groen zou ik niemand weten die écht voor ons opkomt. Omroep Max misschien. Want we zijn te oud om zelf de sociale media alsnog te bevolken. Maar wij konden wél schrijven met een pen. De jeugd niet meer. Wij zijn te bijziend voor zo'n allesbehalve gebruiksvriendelijk apparaatje waarmee je ook maar kans moet zien te telefoneren. Dus dat doen je kinderen voor je. Als je die al hebt. Die nemen het heft in handen. Soms met tegenzin, soms met liefde, soms met bitcoinsymbolen in hun oogjes. Maar altijd samen met de Stelwagens van het Zorghuis. Die kinderen hebben je oud zien worden. Zonder ook maar een flauw idee van wat oud zijn feitelijk is. Daar komen ze veel later pas achter. Te laat voor ons dan. Dus moeten we het zelf doen. Voordat we met luiers aan in bed worden gestopt. Liefdevol dat wel. Maar soms een paar uur slapeloos nat. Door gebrek aan personeel. Dat was voorheen thuis ook niet. Toen deden we die al die dingen zelf. En legden intussen ook de basis voor hún Tesla, Audi of BMW! Hier mogen we niet eens een neutje. Dat zei meneer Stelwagen in het NOS-nieuws van maandag 2 november. Toen ik met m'n 19 jaar jonge Prius terugkwam van m'n digitale vriend Freek. Op deze zelfde 2 november. Freek helpt mij vakkundig met deze digitale website. Soms is zo'n toeval te toevallig om echt toeval te zijn. Daar kom ik nog wel vaker op terug. Dat beloof ik. Zolang het mij nog gegeven is…